Hun eerste prikjes ...
Van bij de geboorte heeft jouw pup bescherming meegekregen van zijn moeder. Die bescherming loopt ergens af rond 12w ouderdom.
Vanaf dan moet hij zelf antistoffen aanmaken om beschermd te zijn tegen allerhande ziektes. Vaccins zorgen ervoor dat er op een veilige manier antistoffen worden aangemaakt én er dus bescherming wordt verkregen.
Vanaf dan moet hij zelf antistoffen aanmaken om beschermd te zijn tegen allerhande ziektes. Vaccins zorgen ervoor dat er op een veilige manier antistoffen worden aangemaakt én er dus bescherming wordt verkregen.
Op een leeftijd van 6 à 8 weken wordt de puppy voor het eerst gevaccineerd met het zogenaamde puppyvaccin. Doorgaans is de pup dan nog bij de kweker. Een puppy vaccin is een wat 'sterker' vaccin. Het wordt minder gehinderd door de moederantistoffen. Het merendeel v/d pups kunnen hiermee vanaf 6 weken worden gevaccineerd.
De volgende vaccinatie - Leptospirose (rattenziekte) en Kennelhoest (neusdruppel) - gebeurt op 9 weken.
Op 12 weken volgt dan het Lepto en Basis (honden- en kattenziekte) vaccin, gecombineerd met het Rabiësvaccin voor dieren, die naar het buitenland gaan.
De volgende vaccinatie - Leptospirose (rattenziekte) en Kennelhoest (neusdruppel) - gebeurt op 9 weken.
Op 12 weken volgt dan het Lepto en Basis (honden- en kattenziekte) vaccin, gecombineerd met het Rabiësvaccin voor dieren, die naar het buitenland gaan.
| Vaccinatie schema | Standaardschema (6-9-12w) |
| 6-8w | Puppyvaccin (bij kweker) |
| 9w | Leptospirose-Kennelhoest (neusdruppel) |
| 12w | Lepto-Basis (honden- en kattenziekte)-Rabies |
Uitzonderingen op dit schema zijn bepaalde kleine hondenrassen, indien ze niet naar de hondenschool gaan. Hun vaccinatie gebeurt dan best op 12 en 15 weken in plaats van 9 en 12 weken.